Het is zaterdagochtend als ik nog half slapend op mijn telefoon kijk en een berichtje zie in de huisapp. ‘Jongens, het spijt me, ik kan echt niet mee gaan ontbijten met jullie, want mijn vriend is heel erg ziek. Hij heeft koorts dus ik moet hem verzorgen.’ Enigszins verbaasd stap ik mijn bed uit en in de gang kom ik mijn Duitse huisgenoot tegen die net zo verbaasd kijkt als ik. Dan horen we de deur naar de keuken opengaan en komt onze Siciliaanse huisgenote gewapend met een pot thee, citroenen en balsempjes naar ons toegelopen. ‘Het is echt heel erg jongens, hij heeft 37,9 graden koorts!’
Inhoudsopgave
Medicatie
Naast mij hoor ik mijn Duitse huisgenoot bijna stikken van het lachen en ook ik moet mezelf erg inhouden. ‘Jeetje, 37,9 graden… Maar hij kan toch wel heel even alleen blijven?’ vraag ik voorzichtig. ‘Nee, beslist niet!’ zegt mijn huisgenote gedecideerd. ‘Hij is ziek, en is er zodanig aan toe dat ik jullie ook wil vragen even naar de apotheek te gaan voor medicatie.’ Ze drukt een briefje in mijn hand waar de gewenste receptuur op staat. Vervolgens loopt ze naar haar slaapkamer en doet de deur dicht.
Culture clash
Ik kijk naar mijn Duitse huisgenoot en we lopen met trillende mondhoeken naar buiten, waar we elkaar nogmaals vol ongeloof aankijken en de lach niet meer kunnen onderdrukken. ‘37,9 graden en dan praten over koorts en doen alsof hij is opgegeven?’ zegt mijn Duitse huisgenoot terwijl hij me met grote ogen aankijkt. ‘Dit heb ik nog nooit meegemaakt’. We besluiten deze culture clash te blussen met koffie en een goede brioche alvorens naar de apotheek te gaan.
Het schijnt koorts te heten
Na het ontbijt lopen we naar de apotheek waar ik met een strak gezicht tegen de verkoopster zeg dat we een bepaald type medicijn nodig hebben voor een zieke huisgenoot. Als ze op het briefje kijkt, kan ze een lange frons niet onderdrukken en kijkt ons scherp aan. ‘Om hoeveel graden koorts gaat het? Deze dosering mag je pas innemen vanaf 38 graden koorts. Om hoeveel graden gaat het?’ vraagt ze ons nogmaals. ‘Nou, eh, 38,0 of 38,5 ongeveer,’ liegt mijn Duitse huisgenoot.
De verkoopster kijkt ons nogmaals scherp aan en ziet dat onze mondhoeken beginnen te trillen van het lachen. ‘Heren, gaat het toevallig om een Italiaanse man?’ vraagt ze ons, eveneens met dezelfde trillende mondhoeken. En op het moment dat mijn Duitse huisgenoot en ik in koor ‘ja’ roepen, moet ook de verkoopster lachen.
‘Och, jullie zijn wel weer met een missie de deur uitgestuurd. Nou, neem deze 500 grams tabletten maar mee, dan is hij er zo weer bovenop.’ Hoofdschuddend geeft ze ons de medicijnen en mompelt nog zoiets als ‘mannen… kleuters’. Met de medicijnen onder onze arm gaan we terug naar huis.
Neehee, geen zouuuut
Thuis aangekomen overhandigen we de medicijnen aan onze huisgenote. ‘Thanks jongens, ik heb zojuist ons weekendje weg gecanceld, dat is veel te zwaar voor hem nu. Hij moet lekker blijven liggen en uitrusten.’ Vervolgens begint ze aan de voorbereidingen voor een zeer verantwoorde lunch voor haar en voor hem.
Na een tijdje komt haar vriend al kuchend aangestrompeld en ploft neer op de keukenstoel. ‘Uuughhh, nee niet zoveel zout, dat kan ik niet hebben.’ Dan neemt hij met de grootste moeite een hap van zijn eten, sluit zijn ogen en zegt dat hij te moe is om te eten. ‘Ik moet weer slapen, ik krijg zo niks weg’. En compleet gedesoriënteerd loopt hij weer terug naar de slaapkamer. ‘De koorts is gelukkig wel minder,’ zegt mijn Siciliaanse huisgenote. ‘Het is nu alweer bijna 37,0 graden, alleen dat hoesten blijft nog wel even.’
Tijd voor een antibioticakuur
Drie dagen later hoest hij nog steeds en is mijn Siciliaanse huisgenote (en arts in opleiding) op van de spanning en voorziet dat hij een vreselijke ziekte onder de leden heeft. Ze stuurt hem naar de dokter. En niet naar zijn eigen huisarts maar naar háár huisarts. ‘Want die weet wel wat er echt aan de hand is. Ik heb hem al gesproken.’
In de middag komt hij dan ook thuis met een voorgeschreven antibioticakuur en een apparaat om hem gedurende dag van extra zuurstof te voorzien. Ik besluit me er verder niet mee te bemoeien en ze vooral samen uit te laten uitzoeken hoe ziek ze zijn en hoe vaak dat per dag gecommuniceerd wordt, want ja: ook mijn Siciliaanse huisgenote had op een gegeven moment 38 graden koorts en besloot om een dag in quarantaine te gaan.
Prachtige culturele verschillen
Weet je, iedere keer weer sta ik versteld van dit bijzondere land en zijn inwoners. Zijn inwoners waarvan een gedeelte enerzijds heel vrijgevig, open en creatief is en anderzijds angstig, zeer emotioneel en in het geval van ziekte tegen het hypochondrische af.
Wist je bijvoorbeeld dat kinderen niet met natte haren naar buiten mogen, omdat ze anders kou vatten en ziek worden? Of dat je een sjaal mee moet nemen naar de supermarkt omdat de overgang van warmte naar koelte te groot kan zijn en je daardoor dus in één klap griep kan hebben? En dat terwijl we in Nederland vaak geen tijd hebben om ons haar te drogen en gauw de deur uit rennen naar ons werk of naar school?
Eén grote tragedie
Fascinerend vind ik het en met veel plezier (en soms ook met een enorme lach) sla ik deze opera gade, want leven in Italië is wel als leven in een opera: Groots en Meeslepend met veel Tragedie.
Maar ach, daardoor is er wel veel en mooie opera, veel cultuur, kunst, voorliefde voor echt, puur en eerlijk. Dus laat ze maar lekker aan de antibiotica gaan en af en toe doen alsof het laatste uur heeft geslagen.
Als ze er na twee maanden weer geheel bovenop zijn (niet alleen lichamelijk maar vooral ook geestelijk – ‘weet je nog toen ik zo ziek was?’) is het vanzelf weer leuk.
Italianen, jullie blijven me verbazen.
Foto: Pixabay
Comments