‘Hoi, het gaat me niet lukken om naar onze afspraak te komen. Ik kom mijn dorp niet uit vanwege de regen.’ Het klinkt ook in mijn eigen oren als een rotsmoes. Eentje van het kaliber ‘ongeluk onderweg’, ‘de brug stond open’ en ‘ik moest een stelletje eendjes helpen oversteken.’ Maar zoals dat wel vaker het geval is met dingen die te absurd voor woorden zijn, is het de harde realiteit. Ik kan het dorp écht niet uit vanwege de stevige regenbuien die al de hele nacht naar beneden komen suizen.
Living on the edge, letterlijk
Natuurlijk is mijn auto niet van suiker en smelt hij niet in de fikse regenbuien. En de ruitenwissers redden het op de hoogste stand nog net om je wat zicht op de weg te geven. Als je de weg zou zien. Want wat op droge dagen een geasfalteerd karrenspoor is dat zich met mooie bochten door Toscaanse landschap slingert, verandert bij fikse regenbuien regelmatig in één grote watervlakte.
De diepe sloten aan weerskanten van de weg, die er normaalgesproken vrij onschuldig uitzien, want gevuld met veel groen en weinig water, treden dan buiten hun oevers. En lopen bij aanhoudende hoosbuien over de weg heen. Waardoor het rijden over de weg opeens voor het betere living on the edge-gevoel zorgt. Vooral in letterlijke zin: de kans om een van de bochten te missen en in de sloot te rijden is best groot.
Crisissituatie
Dus komt het leven in ons dorp even stil te liggen als het weer eens zover is. En wanen we ons als op een eilandje, afgesloten van de woelige wereld om ons heen.
Alleen op de dorpschool zorgt de regen niet voor een sereen gevoel. Met voornamelijk leerlingen die niet uit het dorp komen, staat ‘veel regen’ gelijk aan ‘crisissituatie’. Want: hoelang houdt het nog aan? Hoeveel valt er? Staat het water al erg hoog in de sloten? Is de kans groot dat de wegen onbegaanbaar worden? En zo ja, voor of nadat de school uitgaat? Over het algemeen loopt het met een sisser af. Houdt het op met regenen, dan zakt het water op tijd weg en kan iedereen gewoon, alsof er niks aan de hand is, het kroost van school halen.
Maar het komt ook voor dat alle leerlingen zo gauw mogelijk opgehaald moeten worden. Waarbij er heel wat kinderen hopen dat het hun ouders niet lukt om te komen. Want dan neemt het dagprogramma een wel heel spannende wending. Een ritje in de grote jeeps van de snel opgetrommelde carabinieri om thuis te worden afgezet. Of een onverwachte logeerpartij bij klasgenootjes die wel in het dorp wonen.
Niks grauw en grijs, een vrolijke boel
En dus waren wij die dag een van de gastgezinnen voor klasgenootjes van ons kroost toen de carabinieri besloten dat ze echt niet nog een ritje aandurfden.Terwijl het buiten grijs en grauw was, was het bij ons thuis een vrolijke boel. Uitgelaten kinderen die genoten van die onverwachte dag vrij. Ze keken films op de bank, speelden spelletjes en ruzieden wat onderling toen ze zich begonnen te vervelen. ’s Avonds vielen ze doodop op de geïmproviseerde bedden in slaap. Na nog uren gekletst te hebben en tig keer een waarschuwing te hebben gehad omdat het nu toch echt tijd was om te gaan slapen. En allemaal hoopten dat het zou blijven regenen, zodat er nog een schoolloze dag zou zijn.
Zakkend waterpeil
Gelukkig zijn de regenbuien zelden zo extreem als toen. Zakt het water binnen een paar uur weer en kunnen we het dorp uit. Maar hoe lang het precies duurt? Daar is geen peil op te trekken. En dus bellen we de afspraken voor die dag maar af. Met een reden die klinkt als een rotsmoes: ‘Hoi, het gaat me niet lukken om naar onze afspraak te komen. Ik kom mijn dorp niet uit, het regent.’
Foto boven: Wikimedia
Comments